In het artikel reageert demissionair minister van landbouw Adema: deze schaal van landbouw past niet meer bij Nederland, althans niet meer bij het ‘echte familiebedrijf’. Een van de speerpunten uit het – niet doorgegane – landbouwakkoord was namelijk dat de agrarische sector moet verduurzamen en tegelijkertijd genoeg geld moet blijven verdienen. Met die verduurzaming zit het met de bouw van megastallen overigens wel goed: oude niet-duurzame stallen worden gesloopt, de nieuwe stallen zijn veel duurzamer en schoner. De dierenaantallen in en de omvang van deze stallen zijn echter wel – veel – groter. Dat leidt tot weerstand uit de omgeving.
In het artikel worden een drietal bouwplannen uit de gemeente Maasbommel belicht. Omwonenden hebben niets op boeren en veehouderij tegen, maar de grootte van de stallen stuit hen tegen de borst. Provincies en gemeenten kunnen vergunningsaanvragen die voldoen aan de wet- en regelgeving niet zomaar weigeren of afwijzen. Om dat te bereiken zou de wet moeten worden aangepast. En daarvoor is de politiek weer aan zet…
In de notariële praktijk zien we meer stoppende en fuserende agrarische bedrijven. Het aantal agrarische bedrijven neemt hierdoor in absolute zin af, zeker in de veehouderij. Voor de overblijvende agrariërs is het best lastig: enerzijds is het landbouwakkoord geklapt en weet je niet precies hoe de toekomst voor de sector zal uitpakken; anderzijds, stilzitten kan ook niet, er moet brood op de plank blijven komen. Betere huisvesting kan dan een goede investering zijn: oude stallen worden vervangen door stallen met de nieuwste snufjes op gebied van milieu, dierenwelzijn en efficiency.